Callochromis pleurospilus

Tekst: Marcel Stoop
Foto’s: Jordy Wedding

Callochromis pleurospilus is de kleinste Callochromis soort. De mannen worden ongeveer 9 a 10 cm groot en de vrouwen worden bij hoge uitzondering zo’n 7 cm groot maar blijven vaak kleiner. Deze soort komt door het hele Tanganyika meer voor, waarbij de mannen van verschillende vindplaatsen uiteenlopende kleuren op de flanken en in de rugvin hebben. Vrouwen zijn egaal grijs. In het wild leeft deze soort op zandbodems, vaak in de buurt van rotsen of waterplanten.

Callochromis pleurospilus is onderling zeer agressief. Hierdoor is het belangrijk om de soort in een groep te houden waarbij de agressie (voornamelijk afkomstig van de mannen) verdeeld kan worden. Een harem is niet aan te raden, aangezien de man dan veel te veel tijd heeft om de vrouwen te irriteren. Een grotere groep, met 4 of meer mannen en nog meer vrouwen is de meest kansrijke manier om deze soort te houden. Hieruit volgt dan ook direct dat deze soort een veel groter aquarium nodig heeft dan zijn geringe afmetingen doet vermoeden. Een aquarium van 150 cm kantlengte en 400 liter inhoud is het minimum wat voor deze soort nodig is. Voor deze soort geldt echt letterlijk dat een groter aquarium altijd beter is. In een aquarium van 200 cm kantlengte en 600 liter inhoud komt de soort veel beter tot zijn recht dan in een aquarium van 150 cm en 400 liter. Het aquarium dient ingericht te worden met veel open zand, wat onderbroken wordt door rotsen (en optioneel ook planten) waardoor de dieren uit elkaars gezichtsveld kunnen geraken.

De kweek is niet heel complex, maar wel leuk om te zien. Callochromis pleurospilus is een maternale muilbroeder. De dominantste man zal een zandkrater bouwen waar hij, door zijn bouwkunsten en door zijn mooiste kleuren te laten zien, een vrouwtje naar toe zal proberen te lokken en haar tot paring proberen te verleiden. Indien succesvol zal de vrouw de bevruchte eitjes in haar bek nemen en deze drie tot vier weken in haar bek uitbroeden. Na het loslaten uit de bek zijn de jongen direct vrijzwemmend en kunnen ze gevoerd worden met bijvoorbeeld cyclops.

Tenslotte nog een persoonlijke observatie over deze soort. Callochromis pleurospilus is een van de weinige soorten die ik ooit gehouden heb die totaal niet met Synodontissoorten gehouden kon worden. Die van mij hadden echt een gigantische hekel aan het nachtactieve gedrag van de Synodontissen en ze werden er dan ook erg onrustig en nog agressiever van. Nadat ik de Synodontissen in een andere bak had gezet keerde de rust terug en kwamen de Callochromissen veel beter tot hun recht.